De dorps- en wijkraden kunnen het gemeentebestuur (on)gevraagd adviseren. Zij kunnen het advies richten aan de gemeenteraad, het college of de burgemeester. Er geldt een reactietermijn van zes weken. (On)gevraagde adviezen worden altijd in afschrift aan de gemeenteraad gestuurd, zodat zij hier kennis van nemen en actie op kunnen nemen wanneer gewenst.
Samen met het team van ambtenaren in de wijk en het wijknetwerk geeft de wijkraad vorm aan een akkoord voor de hele wijk. Het wijkakkoord is de basis voor de samenwerking in de wijk. Het wijkakkoord bestaat uit een visie en een jaaractieplan. Het jaaractieplan wordt elk jaar opnieuw gemaakt.
De wijkplannen worden aan het college van B&W aangeboden ter beoordeling op uitvoerbaarheid. De reactie van het college wordt voorgelegd aan de gemeenteraad. De gemeenteraad besluit uiteindelijk over de wijkplannen tijdens de behandeling van de voorjaarsnota.
Een van de taken van de dorps- en wijkraden is het beoordelen van bewonersinitiatieven in de wijk. De dorps- en wijkraden kunnen ervoor kiezen om het mandaat voor deze beoordelingen (deels) aan de wijkmanager te geven. In de mandaatregelingen en aanwijzingsbesluiten is te vinden welk mandaat de dorps- en wijkraden hebben besloten te verlenen aan de wijkmanager en welke bewonersinitiatieven zij zelf over besluiten.
De leden van de wijkraad wijzen uit hun midden een voorzitter aan voor de periode van één jaar. De voorzitter zorgt voor het goed functioneren van de wijkraad en een goede samenwerking met de wijknetwerken, het gemeentebestuur, andere wijkraden en de in de wijk werkzame ambtenaren. Het college kan ook een externe voorzitter benoemen indien de wijkraad daarom verzoekt.